De notenkrakers
Het is september. De laatste maand van de rijpe vruchten. Ben benieuwd wat de oogst van mijn stadswandeling wordt en ik loop met mijn hoofd in de wolken. Bomen hangen vol met kastanjes, beukennootjes en hazelnoten, maar op de grond liggen nog geen rijpe. Wel liggen er overal eikels, maar die kun je niet eten. Bij de hazelaar in de verte staat een fiets. Waar een fiets is, is een mens, denk ik en ik loop erop af. De struik hangt vol vruchten, maar ik kan er niet bij. Uit het struikgewas duikt een man op. Hij loopt naar mij …